Ik heb zojuist de zon onder zien gaan
Ik heb haar ook op zien komen
En daartussen heb ik niks gedaan
Niks heb ik gedronken en niks heb ik gegeten
Alleen maar voor het raam gestaan
Omdat ik jou niet wil vergeten
Blaas ik nu op het raam
En in de condens van mijn adem
Schrijf ik jou mooie, maar zo dode naam