De dag 25 maart 2010
Diep in, dan traag uit,
welt op
tot prachtige zeepbel,
welke loste en weggleed
door een openstaande raam
de schraal verlichtte steeg in,
met oergeweld daar explodeerde
doch zijn overtuiging verloren ging,
in het brutaal gejoel
van voorbij dansende jeugdigheid,
die hun kennis gingen vergezellen
aan dat gammele tafeltje,
ginds bij de nachtcafetaria,
nauwelijks verhuld
in aarzelende neonreclame,
zit zij in peilloze ijle te staren
naar de lager gelegen haven,
waar op een stenenwal in onverlicht
een man krachtig
zijn lijn uitwerp naar de maan
welke zover weg,
toch glinsterend vertrouw
dicht bij hem
in het spiegelwater ligt,
feitelijk door aanraking van zijn daad,
zachtjes breekt in rimpels en ringen
steeds verder en wijder
tot het weer aan de kade reikt,
zucht hij vergenoegd
toch hou ik van jou…
Een ogen blik..