Grote tranen biggelen over mijn wangen,
pijn en frustratie zijn de orde van de dag.
Verdriet en pijn heeft me helemaal gevangen,
er is geen vrolijkheid meer zelfs geen lach.
De tranen hou je niet meer tegen,
Ooit klonk er een schaterlach door het huis.
Al het moois word zonder pardon weggevegen,
en dit is nou wat je noemt je thuis.
Liefde heeft er niks meer mee te maken,
haat en nijd is er voor in de plaats.
Het enigste wat iedereen nog kan is ieder afkraken,
en het is zo stil het lijkt wel een begraafplaats.
Nijdige blikken gaan heen en weer,
de stilte die niet wordt gebroken.
Er is zelfs geen glimlach zelfs niet voor 1 keer,
en geen gesprekken meer en er wordt ook niks besproken.
Iedereen is koppig en eigenwijs,
we willen niet meer met elkaar praten.
We betalen met ons alleen een te grote prijs,
ik wil niet meer dat we elkaar nog langer haten!