Van Utrecht naar Amsterdam waar de verwarring begon,
roept de machinist de conducteur over de intercom.
Zijn wij een intercity of de trein dat overal moet stoppen,
als we de stad Amsterdam al bijna kunnen koppen.
Vrij verrast antwoord de conducteur op deze vraag,
heeft u teveel gezopen of bent u gewoon vaag.
Ik hoop dat u nog niet bezig bent met uw pensioens aanvraag,
want wij zijn een stoptrein voor de passagiers vandaag.
Vlak voor Amsterdam drukt de machinist op de noodstop,
me overbuurman word gewekt met mijn hete koffie halsoverkop.
Vonken springen van de wielen naar wachtende mariniers,
gevolgd met veel gevloek door woedende officiers.
Net op tijd kwamen wij op het goede perron stil te staan,
klinkt de intercom: sorry dat we voor noodstop zijn gegaan.
De machinist antwoord nu de conducteur met zijn bijnaam,
hey Egbert graag een zwarte zonder suiker bij Douwe vandaan.