De warmte
heeft zich schaars gekleed
in kamertemperatuur.
Buiten vlucht
het winterlicht
voor ’t vroege avonduur.
De tuin is sprookjesachtig wit,
vredig stil en zacht
Mijn hond
ruilde zijn plekje in de zon
voor wintervacht
Zijn pluizige pantoffelpoten
plooien bij het lichterlaaien
van de open haard.
Gedachten vinden een bezoek
aan Pachelbel en poëzie
of een gewoon verhalenboek
opnieuw de moeite waard.
Wind speelt in de kale Eik
een vrolijk ruisend spel
De maan lijkt wel
een ingesneeuwde
suikerkaramel.
Uit een oude grammofoon
zingt een kerstkoor zoet
En ik luister
gezellig
onder donzen beddengoed.