Roerloos staat ze
voor het venster
in het schijnsel van de maan.
Haar hart schreeuwt
de hunkering,
vragenworstelend
snikt ze zijn naam
hoe vaak heeft ze hier
haar hartstocht gestild
gekweld door verlangen
de nacht onderbroken
fluisterhuilend
haar liefste gezocht.
Ik weiger je dood
zie je leven in mijn dochter
jouw Loenia
hoor je, jouw Loenia!
Ik wil je laten weten
haar zoontje
is ook…
Kom, huivert ze
krampachtig
sleept zich naar boven
langs haar lange grijze jas
zich afvragend of
het ooit overgaat.
Geschreven bij het gelijknamige boek van Ariëlla Kornmehl