Het donker word steeds groter,
als ik er langer naar kijk
en het tikken van de tijd lijkt soms eindeloos.
Ik wil zo graag dat het morgen is.
Zo graag dat het nooit komt
en het heel even maar, voor eeuwig donker lijkt.
Ik kan de regenboog niet zien
want tussen de regen
is het de zon die mist.
Ik wacht geduldig in het donker
tot hij is terug gekeert.