Loop weg van huis,
Ga naar het trienspoor,
Ik huil,
Hoor de trein aan komen,
Ik sta recht,
Ga naar het spoor,
Wil op het spoor gaan staan,
Zodat ik onder de trein te recht kom,
Ik ben klaar om te springen onder de trien,
Maar ineens houd iemand mij hand vast,
En trekt mij voorzichtig achteruit,
Weg van het spoor,
Weg van de trein die kwam aan gereden,
Ik ga nu nog hard huilen,
Vraag me af,
Waarom heb ik me niet proberen lost,
Te wringen met mijn hand uit jou hand,
Had jij mij hand nooit vast genomen,
Dan was ik nu gesprongen,
En lag ik daar nu onder de trein.