Dichtgedaan
Morgen ben je me vergeten,
hoop 'k,
'k doe mijn best.
'k zal je ook vergeten, toch,
'k hield van je,
m'n bleke pest.
Scholen zilver springen heen,
golven klieven, zon scheen.
Rovers belagen al wat fout,
overblijft is enkel goud.
Wij leven en doen zo voort,
zoals het deze wet behoort.
Hij deed zijn best,
hij deed het goed,
als tegels braken door talloze barsten,
brak ook hij,
vergat wat hij deed,
stortte zich in de leegte,
die hij zelf achterliet.
Grijze ramen voor de regen,
misschien ervoor,
misschien erdoor,
gillen, schreeuwen, kille smart,
grijs wordt zwart,
gras word rood,
de stille dood.
Ik wil dromen
in het leven,
sterven
en vergeten,
onbekend,
ongeliefd.
Meer verlangen kan ik niet.
gedachten sprongen tegen me op,
als tranen in een kom water,
ik was geboren,
moederziel alleen,
naakt en koud,
damp steeg van me op,
ik verdween in het niets,
ik werd mezelf,
en werd oud.
liefde is iets groters,
het is meer dan zweven.
Wij zien meer,
maar raken amper,
slechts enkelen gegeven,
is het echte leven.