Kanttekening.
Ergens ging het mis, een verkeerde afslag genomen. Afgedwaald, gedaald naar de spelonken van de hel – of althans een comfortabele en warm aanvoelde omgeving. Hoe schijn bedriegen kan. Ik droeg deze glimlach vele jaren, en dacht dat ze waarheid betekende. Maar zo dachten we, denken we wel meer. Ook dat alles simpeler kan, of zou moeten zijn. Welke uitdaging hebben we gemist in de loop der jaren, tijden? Zo zag ik mezelf voorbij rennen, hield mezelf niet tegen. Tot de noodrem aangetrokken werd door een lege gedachte, nog leger dan het leven dat ik aan het lijden was.
Halsoverkop sloegen alle stoppen door, bleek tijd slechts een vijand te zijn, gezien de tijd die tussen vingers door geglipt was, leek. Nu schrapen nagels de laatste restjes van die glimlach van wangen, dieper dan het rood aan tonen kan. Opdat de ware aard nog meer zonlicht krijgt, verdragen kan. Er is geen midden weg, geen volgzaam toekijken. Een verdwaalde gedachte wenst zichzelf voor de trein – of van de brug te gooien. Mij om het even. Zolang ze mij maar laat staan, met die twee voeten op de grond, een hoofd in de wolken (of ze dan roze zijn of niet.) Recht je rug gooi je tieten vooruit en ook met kleine voeten kan je – met recht – grote passen nemen.