Er staat een kast in de klas
Daarin liggen boeken
Geen broek trui of jas
Enkel schriften (en mijn koeken)
Het is een heel karwei om daar naartoe te gaan
Voor het begin van de volgende les
Ik heb het ooit een keer gedaan
In een minuut of zes
Eerst moest ik erheen
En dat is al wat wringen
Dat duurt al een minuut of 1
Door verscheidene dingen
Als ik dan daar eindelijk kan bukken
Voor het pakken van mijn boeken
Moet ik me naar beneden drukken
Om weer een uitgang te zoeken
Tussen al die benen
Zie ik gene weg
Dan kan ik bijna wenen
Want ik heb zoveel pech
Eindelijk raak ik weg van de kast
Ik wring me erdoor, met veel gevloek
Dan kijk ik bij mijn plaats: ‘wat heb ik vast’
En met veel gejammer: “ ’t is ’t verkeerde boek”