In het donker komt een nieuw karakter in zicht
Een leven dat weer verdwijnt in het daglicht
Zou de nacht het daglicht nooit verdragen
Mijn omgeving achter laten met duizend vragen
In mijn slaap roert zich mijn keerzijde
Het gruwel dat mij van daglicht doet scheiden
In mijn dromen en nachtmerries ontwikkel ik tot
Een wezen van het donker, brengt de ochtend het slot
Een boek van duizend zwarte bladzijden lang
Maken mijn dromen en verlangens zelfs mij bang
Geniet ik van de keerzijde iedere nacht weer
Teleurgesteld door het komen van de ochtend, iedere keer
Het wachten op het voorbijgaan van de dag
Gaat helaas langzaam, todat ik inzag
Er zoiets bestaat als dagdromen
Bleef mijn keerzijde altijd door stromen
Mijn beide levens zich verenigde in een fantasie
Waarbij ik alles levendig hoor, meemaak en zie
Totdat iemand mij weer bij de alledag haalt
Mijn fantasie zich na onderbreking verder verhaald
Bekennen moet ik tot het leiden van een dubbelleven
Deze woorden als eerste bewijs ervan, hier geschreven
Verlangend naar het moment waarop de dag verdwijnt
Mijn leven in fantasie aan de werkelijkeid verschijnt