Echter, ik de dag zelden meer begroet
- kauwgom kauwend binnensmonds -
geniet ik doch, van de vroege straal
hemellicht die mij bij deuropening kust
Ik kus dan niet meer terug , de onzichtbaarheid
van pure volmaaktheid – toch deel ik
enkele levensminuten met het opdoen
van herinneringen voor avonden als deze.
Wanneer ik zwijmelend op de bank lig,
met enkel schrijfgerei in hoofd
noteer ik voor morgen, dat ik ga poëtiseren
scrabble speel, met eigen herinnering