mijn hart scheurt
uiteen, getrokken
uit mijn ogen
persen zich de tranen
het zoute vocht
is bijtend in mijn wond
die open gereten
bloedend rood vloeit
mijn keel zwelt op
ik wil niet janken
voor zijn ogen
hij is dat niet waard
de woorden schrijf ik
als ware het mijn tranen
elke letter doet mij pijn
vingers verkrampen
ik wil dat het stopt
het wilde hartgeklop
langzaam tot bedaren
weg met dat wilde gehamer
ik ben vaneen gescheurd
uiteen gereten
maar ik zal vechten
mij helen in uiting