Ik had beter gezwegen,
alles voor mijn eigen gehouden.
Ik had beter niks gezegd,
en niet aan mij gedacht.
Het werd mij allemaal
wat te veel.
Ik had beter gezwegen.
Nu heb ik iemand gekwetst,
wat mijn bedoeling helemaal niet was.
Ik had beter niks gezegd,
aan haar gedacht en niet aan mij.
Ik had beter gezwegen,
dan had ik nu geen ruzie.
Ik denk beter niet aan mijn eigen,
alleen maar aan de anderen.
Niet aan mij.
Ik mag niet aan mijn eigen denken,
dus ik doe het niet.