Elke nieuwe dag
start met een diepe zucht.
En elke dag eindigt
met een grote klucht.
Tijdens elke dag
loopt er minstens 1 iets mis.
En dan vraagt iedereen
wiens schuld het nĂș weer is.
't Is ni moeilijk, 't is gemakkelijk,
voor iedereen, behalve voor mij.
Dan verbijt ik mijn tranen en zucht:
"ik wou dat de dag al was voorbij"
Elke dag is het moeilijker
om op te staan en te lachen.
Elke dag zucht ik
en blijf ik op verlossing wach(t)en.