fruitige pistolen pauline
op de vensterbanken leunen wat meisjes in kant en weinig aan
staren na gebaren van mensen van de overkanten zonder germaniums
meisjes duwen tegen muren waarop schietschijven rood en wit staan
messcherp gooit men met appels richting het middel van bereidwilligen
mijn hoofd voelt zo zwaar als een meloen; ik wankel en spat uitelkaar
de daad in kwestie loopt geladen met zijn flodders van dit schiet niet op
in de hoek hou ik verborgen, in 'n vacuum getrokken pot, mijn vuurvlieger
als mijn nood het hoogst is, trekt hij mij met pot en al in de verknieling
alle ogen zijn in het zwart en richten hun armen met zware kado's
ikke niet, ikke niet, ikke heb niks aan van jullie; moet vergissing
spierwit geef ik hun een blik terug, goedgevuld met alles wat ik heb
de kikkererwten beginnen tegen te sputteren omdat ze bij mij willen
ik kwak ze richting de pupillen, en lach geestig als een spook dat ettert
in paniek zoek ik me tassie, waar ik al me wapens der liefde in stouw