Min een heleboel plus een overmacht gevoel,
Ik draai enkel uit verveling soms mijn hoofd rond,
Spin met mijn ogen dicht wat duizeling in zelf
gecreerde ruimtes.
Liefdevol alleen vermaak ik mij een uur of twee,
Ik denk teveel aan niets en al het andere doet
er niet veel toe.
Vol verwachting plan ik onrealistische dromen,
nooit meer slapen, het zwaart van Damocles.
Schrijf ik dingen die ik al duizend keer heb
gezegd in telkens andere woorden.
Moe, omdat ik in herhaling val, terug keer
in hetzelfde opnieuw en opnieuw
wedergekeerd zonder geboorte.
Wil en de macht van het kunnen disfunctioneel,
onherstelbaar apparaat ik denk in mijn hoofd.
Schroevendraaier, boormachine, hamer.
Ik penetreer spijkers, graaf gaten en sla
zo hard ik kan mijn schedel stuk.