Als gij mij gevaarlijk acht.
wat moet ik dan vinden in u ziel.
u kijkt mij aan met rood doorlopen ogen,
aders spreken van pijn en verdriet.
u ademt riekende woorden meer zie ik niet.
u lalt vreemde akoorden.
is u geest verdwaasd en heeft u ziel
dit leven onthaast.
was het de zon die maan nooit trouw is geweest.
Heeft de duisternis gewonnen van het dageraad.
wat is het werkelijk dat u zo vreest.
komt toe toon mij u ware gezicht.