Mijn hoofd is vol,
vol van jouw beeld:
en een hamer slaat
duizend keer
op mijn slapen.
De bron van mijn liefde
is levend en rijk
en een klok luidt
heel in de
verte.
Mijn hand strekt zich uit
maar kan je niet raken.
Je komt niet tot leven
Je kan me niet
smaken.
Ik maak je weer levend
ik kijk je aan
en je hamer slaat
duizend keer
tot mijn hart
is vergaan.