Levend breng ik
mijn hart naar je mond.
Mijn mond naar je lip.
Ik verkondig je mijn wereld.
Jij hoort met je oor - van -
duizend - en - één - wijproblemen
en je luistert ook.
Dankend breng ik mijn hand
naar je borst, een bloem,
en eeuwigheid, een bron,
een levendheid, die ik
bescherm.
Ik verkondig je mijn wereld
jou alleen