Het boek ligt op tafel.
Alleen de radio is niet stil.
We zitten in een cirkel. Ik zeg niets.
Jij zegt niets. Niemand zegt iets.
Je kan me niet dwingen.
Creativiteit, liefde voor het vak.
Waar moet ik beginnen?
Discriminatie, cynisme,
zogenaamde humor overdag?
Jasper is een lieve jongen.
Alleen soms pest hij teveel.
Het zionisme ligt hier gevoelig.
Daarom laat ik hem maar heel.