Lengten van dagen zijn gemeten
in de engten van ruimtelijk vervagen.
Een verbintenis, gevoed door afwezigheid,
gevuld met bloemrijke momenten
zonder een zweem van vergeten.
Innerlijk nabij in vrije vlucht,
zonder vaste grond of horizon in zicht,
in het strakgespannen lichaam gevangen
en tegen klankbare muren in weergalm
het verzoekende hart gelucht.
Het pad is bezaaid met loze gaten
als hindernis van denkbeeldige leegte.
Er gaat geen onbetreden meter verloren
op weg naar de einder van de moed
om ongenadig het verleden los te laten.