Een ode aan de Lizard King
Op een warme zomeravond
rijden we naar het strand
de ondergaande zon achterna
Volg je mij?
Volg je me naar beneden
de duisternis in?
De wind waait door je haar
Het danst als een bezetene
op het huis van je ziel
Wat gaat er om in je hoofd?
Wat denk jij?
Wat voel je voor mij?
Je kijkt me aan
En dat zegt genoeg
Ogen zeggen
wat in woorden niet uit te drukken is
Opeens voel ik me compleet
Eén met jou
De laatste dieprode stuipen van de zon
zijn uitgeblust door de kille zee
Terwijl we de deuren der waarneming openen
zwemmen we naar de maan
Ik zing de woorden zachtjes mee
Het kristalheldere maanlicht schittert in jouw ogen
Jouw diepe ogen
die een heel universum zouden kunnen bevatten
Ik zou erin kunnen verdwalen
maar ik zou er gelukkig zijn
De hele wereld slaapt onder de dekens van duisternis
maar wij zijn wakker
rijden we naar het strand
de ondergaande zon achterna
Volg je mij?
Volg je me naar beneden
de duisternis in?
De wind waait door je haar
Het danst als een bezetene
op het huis van je ziel
Wat gaat er om in je hoofd?
Wat denk jij?
Wat voel je voor mij?
Je kijkt me aan
En dat zegt genoeg
Ogen zeggen
wat in woorden niet uit te drukken is
Opeens voel ik me compleet
Eén met jou
De laatste dieprode stuipen van de zon
zijn uitgeblust door de kille zee
Terwijl we de deuren der waarneming openen
zwemmen we naar de maan
Ik zing de woorden zachtjes mee
Het kristalheldere maanlicht schittert in jouw ogen
Jouw diepe ogen
die een heel universum zouden kunnen bevatten
Ik zou erin kunnen verdwalen
maar ik zou er gelukkig zijn
De hele wereld slaapt onder de dekens van duisternis
maar wij zijn wakker
Over dit gedicht
| Auteur: M.K. van de Graaf | 
|
|
| Gecontroleerd door: pantarhei | ||
| Gepubliceerd op: 03 december 2012 | ||
| Thema's: | ||