woorden, woorden, zijn het woorden? of is het een kleur, klank? of ruw metaal?
Ik zag jou, voordat ik jou hoorde, en jij, mij met je liefde smoorde.
Ik dank god, dat ik mocht zwerven in je dromen.
En je al strelend, mocht laten komen.
Jij lekkere levende, wulpse meid, alleen voor mij, je mooie benen gespreid.
De dood, mijn goede vriend, komt mij nu halen, en brengt mij terug. naar mijn bron.
De dood brengt mij daar, daar, waar het het leven, al duizenden malen, opnieuw begon.