Geef mij een wapen.
Het kan anders niet.
Niet de ruimte om te slapen.
Noch ruimte is hier voor verdriet.
Verboeid hier verblijven,
geen meter te gaan.
vermoeid, bang en terneergeslagen
Toch zal ik zwijgen.
Oh mijn trots:
"Laat mij in mijn woorden staan."
En het in mijn eigen gezicht kunnen wrijven.
Geen rust,
en geen chaos in deze catastrofe.
En de lust,
Is beheersbaar,
maar in alle tegenspoed,
Regent het met tegenslag.
En wat het hier doet:
"Is maar in het donker van mijn levensdag"