Ik stond vanmorgen op dat kleine, lichtgevoelige spectrum
Terwijl mijn benen zwaaiend naar me toe waaiden, keek ik
Doorheen uw spijt heen en ik vroeg me af hoeveel keer Nieuwjaar
Nog zal komen, hoeveel zevengangenmenu’s ik mag bewandelen en
hoeveel maal mijn reflectie het albedo zal bereiken.
Tot ge nader kwam en mijn lach in duizend lantaarns liet
Weerspiegelen. Mijn middelmatigheid snijdt gehalveerd het
Brood, waarna ik hemelwaarts de weg vindt
Naar het beetje meer dat gij me geeft,
Tot ge me vast nam en mijn schaduwkant
Vertrooide.
en gij mij in u absorbeert.