Sommige hopen op een ridder
Sommige worden een ridder
En sommige maken een ridder
Jij hoorde bij die laatste gevallen
Want jij duwde me bewust de lans in de hand
En liet me, lomp als ik ben, paardrijden
Waarom precies weet ik niet
Was het misschien voor de lol?
Noem het dan maar een gril van het lot
Het kon niet anders dan fout lopen
Je kasteel was te ver
Mijn harnas te zwaar
En voor een volledig verzorgde reis
Had ik de middelen niet
Omdat niet elke ridder van adel is, denk ik
Dus na een ontmoeting in de Efteling
Het magische land
Is het uit gebleven, verder ging het niet
Gelukkig maar, denk ik nu
Hoewel je mijn status afgenomen hebt
Draag ik een sterk pantser
En geen enkele ridder wil een jonkvrouwe
Tenminste, geen ridder zoals ik
Nee, doe mij dan maar een paard
Dan een jonkvrouwe zoals jij
Want bij jou gaat, alles anders