Ster.
Over de lucht,
Over de bergen,
Over het strand,
En de moerassen.
Een nieuwe vlucht,
Door bot en mergen,
Met wijsheid aan de hand,
Zal ik een ieder verrassen.
Niet in op lief en leed,
Maar in als een profeet.
Wijze van de natuur,
Het verschil van een cultuur,
Of over kleur van wit naar zwart,
Maar met de regenboog in het hart.
Ballanseer het evenwicht,
Rijk aan woorden spelend gedicht,
Want ik heb door wat wordt bedoeld,
We gaan van erg onderkoeld,
Naar waar de zomerse zon ons lekker warmt,
Waar de herfst de lente omarmt.
Ik hoef niet te zeggen,
Over mijn gevoel en gedachten dingen uit te leggen,
Natuur, cultuur een werel om ons heen,
Zoals ik schreef en nogmaals schrijf weer op de been.
Wandel ik over strand
Door het bos,
Over paden van een berg,
Zo naar het belofte land.
Wijsheid aan de hand,
Gaat het helemaal los,
Op naar volwassen toekomst, totaal niet erg,
Zet de jeugd gewoon aan de kant.
Volwassen het veld op,
Nummer elf Ipse kop.
Niet meer een ventje van hot naar her,
Maar doel gericht, naar het licht van die ster.