Is het bij jou nooit opgekomen
dat mijn hulp om hulp vroeg.
Dat mijn aanrakingen
om aanrakingen vroegen.
Dat ik nu wegzak
dat ik moe ben om nog te luisteren.
Ik heb geluisterd naar jou,
dat wat jij niet deed bij mij.
Maar ik zak weg
en het voelt vredig,
vredig om alles los te laten
en weg te gaan uit deze lichaam.
Deze lichaam wou alleen
wat elk mens naar smacht
en dat laat ik nu gaan.
Ik geef het op.
Ik laat het los.
Ik zak weg.
Ik blijf leven
maar ik heb het niet meer
dat waar iedereen naar smacht.
Ik leef maar bezit geen ziel!