De kaars.
________________________
Ik ben, een brandende kaars.
Ik ben genaadt tot eerwaardig drager,
van het enige zichtbare in het onzichtbare.
Het licht in het donker.
De wijsheid van het duister.
De bepaler van leven en dood.
Ik ben ook, een starter van vreugde en verwoesting
Ik draag wat warm is tijdens koude dagen.
Voel de pijn wanneer je te dicht komt.
Ik ben wanhopig gevangen!
Tot het einde, blijft het vuur vast aan één deel gekluisterd.
Tot het zacht uitsist, dan is ons leventje voorbij.
Blaas me uit en geef me nog een kans.
Tot morgen?
________________________
Anthony Willems