- - - - -
in de rem van vooruit
mensen dragen grote schoenen en ze lopen
ze lopen me voorbij met snelle pasjes
kopen, rennen, hopen en ze lopen hard
harder dan mijn schaduw het licht ziet
het ritme van het gedicht in de rondheid
de plaat die blijft hangen zonder noodzaak
je wilt wel maar toch doe je niet meer
meer mensen kijken je aan en je kijkt
je kijkt gewoon terug en hun tijd kijkt mee
draait nog een keer waar en waarom nou
wat zou het toch allemaal en vooral ja
maar echt liever, veel liever neem je mij
schoenen gaan in tassen, kasten, kasten vol
wankel je tussen al je dansende dromen
je komt geen stap verder dan wat stappen
stopt ritme in het gedicht wat achterlicht
weggegooid in het donker van een dag
vol rode, gloeiende, fietsende doorloopogen
afgeronde dagen met een flitsende paal
mijn remmen doen zeer van jou bijhouden
- - - - - -