Dan zwiept de wereld op
woelig, een gewonnen kind
De takken kraken als het hoort
- en het hoort
Door striemen neergekneusd al vlokken barend
Aanbidders aan de voet bij vleet
Ga door, mijn vriend, ga door dan toch!
Zo zoet het gapend gat der al
(waar Mozart zou, maar toch niet wilde)
Ach mijn lief, waarnaarvandaan