Je bent de liefde van mijn leven,
Ik zou je de wereld willen geven,
Ik wil je verlossen van alle pijn,
Ik wil met jou gelukkig zijn.
Het is niet meer ver gegrepen,
Heb ik aan het begin verkeerd begrepen,
Want ook jouw liefde is oprecht,
Dat geloofde ik eerst een beetje slecht.
Een geruime tijd was ik erg onzeker,
Maar jij bent gewoon niet zo’n spreker,
Je wilt niet praten, je wilt doen,
Geen gesprek, maar een zoen.
Ten einde is nu die onzekerheid,
Ik raakte mezelf gewoon even kwijt,
Mooie dingen kwijtraken, altijd gevreesd.
Zo geweldig als jou, nog nooit iemand geweest.
Je wilde het proberen,
Dat kon ik slecht verteren,
Maar nooit vergeet ik de dag dat je zei,
Dat jij nu even gek bent op mij.
Lieverd, ik sta altijd voor je klaar,
Als je me nodig hebt ben ik daar,
Wij samen kunnen alles aan,
Wij worden gelukkig met een lach en een traan.