Wat moet je hebben
om gelukkig te zijn?
Niet veel, eigenlijk:
twee mensen
knusjes samen
en glaasje wijn,
wat kaas en brood en noten
en buiten misschien
wind of regen,
Tijdloos naast elkaar
genesteld op de zetelbank,
talmend
teder vrijen zonder haast
en luisteren naar lichaamstaal:
strelende handen vragen,
lichaam hunkert,
ogen zeggen ja.
Innig proeven van elkaar
verstrengelen
naar het jubelpunt:
samen !
Huid tegen huid
nazinderen
tederheid fluisteren
even soezen
en dan misschien opnieuw ?
Geluk:
zo eenvoudig.
en als het een beetje meezit:
bijna te veel,
maar nooit genoeg.