Daar sta je, klein, onzeker en te dik
Alles om je heen valt weg, zo ook jouw ik
Stuurloos en onzeker is hoe dit jongetje zich voelt
Het lukt niet, het kan niet, is wat hij bedoelt
De leegte vult zich met teer en met een vlam
Het vuur verspreid zich, de angst blijkt klam
Geen verschil, dat keert telkens terug
De onzekerheid zijn druppels over de rug
Een façade is wat ik ben, zo klinkt het in zijn hoofd
Gevangene in eigen ik, zijn geest blijkt verdoofd.
Dieper en verder lijkt het steeds te gaan
De wereld draait door, dit jongetje blijft staan
Kleiner en dikker is wat dit jongetje word
Zijn buik slinkt maar zijn vertrouwen verdort
De mensen zijn lief, blij en vertrouwd
Maar dit jongetje ziet alleen de grote fout
De fout ben ik, is wat dit jongetje denkt
zijn ik is kwijt, zijn hoop gekrenkt
Tergend traag verloopt de eeuwige tijd
Maar met tijd blijkt verbetering ook een feit
Dit jongetje, klein, onzeker en veel te dik
moet weer op zoek naar zijn echte ik.