Ik bloed, en zelfs niet doet zucht
de vloer, roder dan rood
mijzelf afvraag, zwijmelend
de afdronk, sijpelend rondloop
Ik zucht over waar het bloed komt
het bloed, meer vloer, meer spatten
straks wel wegzak, ontgoochelend
het teruglopen, het stromen hervattende
Het leven als ongegist
éénkennig wazig zicht, biecht
zoals je doet, en hebt aangericht
KEREL! JE BLOED! Simpel, besef
iets als leven, betreft
Alles verzacht, al willend
je behagen, onvrede
bloed
zacht
leven
mijzelf
Het rode bestaan zich zo afvraagt
niet spattend maar stromend
sijpelend de mouwen, en versloeg