Gisteren had je het druk,
je weet niet waarom en hoe dat zo gekomen was,
maar je kreeg het niet gedaan en je wou je laten horen
want roem, dat wil toch ieder mens.
En plots ben je dan dood, het einde van de roem of het begin.
Je voelde het niet aankomen, hield je mails nauwkeurig bij
voor het geval je ze nog nodig had en die betaling…
die ging je zeker deze week voldoen.
Iedereen die kent je ja, iedereen die heeft van jou gehoord,
en je zou ze willen lezen, al die lieve steunbetuigingen
maar nooit zal je ze zien, je weet nog hoe je jouw fantasie
de vrije loop liet, hoe zou men reageren?
Zouden ze je bewenen of was dat valse hoop?
Je weet nog…
Je weet niets meer, het is stil en zelfs de stilte kan je niet horen,
de duisternis kan je niet zien want je zintuigen zijn verdwenen.
En juist daarom was je zo bang, bang om thuis te blijven,
bang om weg te gaan, de rust was nooit aanwezig
en nu ze is gekomen, kan je ze niet voelen.
Wat is de dood toch vreselijk want niemand wordt bewaard,
De wetenschap dat te beseffen, dat was jouw grootste angst.
Je bent niet alleen want die angst, die vreselijke angst, die ken ik ook.
En deze woorden, mooi geschreven woorden zullen ooit verdwijnen, betekenis verloren,
voor jou, voor mij, voor iedereen…
Ik heb een grote wens mijnheer de dood,
Dat je voorgoed het leven laat.