Al zoekend door de donkere duisternis,
Voel ik mijn verleden me inhalen,
Gooit een net voor mijn voeten,
Zie haar naar me smalen,
En laat me weer boeten.
Al worstelend om vooruit te komen,
Kom ik steeds vaster te zitten in dat net,
Ik en mijn verleden zij aan zij,
En hoe meer ik me ertegen verzet,
Des te meer verstikt het mij.
Plotseling zie ik een uitweg,
Waarom zag ik dat niet eerder in,
Mijn verleden is een deel van mij,
Omhels haar en behandel haar als een vriendin,
En strijdt niet tegen elkaar, maar zij aan zij.