hun houten ogen
als bomen naar me kijken
ik hun houten ogen
niet meer kan ontwijken
word ik panisch bang
voel de takken komen
die eerst nog naar me
reiken maar me later
onverbiddelijk grijpen
in het raken van de bast
hoor ik het kraken
van hun knoesterige lach
waarin de sappen stromen
las de oudste jaarringen
in het diepgewortelde bestaan
door bliksem storm en regen
is hun aanzien deels vergaan
heb de maan bekeken
uit een hoge kruin
mijn leven aan de voet
was slechts een hoopje puin
wil melker
20/05/2015
Janny Scheybeler de Jonge: | Woensdag, mei 20, 2015 11:21 |
ja prachtig eigenlijk deze |
|
Stroejaro: | Woensdag, mei 20, 2015 11:01 |
Een bijzonder en intens geschreven gedicht. Knap verwoord! | |
ela: | Woensdag, mei 20, 2015 09:52 |
De boom van het leven grijpt je naar de keel, tot je weet wie de meester is. ela |
|
Anneke Bakker: | Woensdag, mei 20, 2015 09:02 |
Ook wij worden met onze jaarringen ouder en verstandiger Wil en jouw aanzien mag er hier nog steeds zijn. Fraai onder woorden gebracht. Mooie dag gewenst. Anneke |
|
windwhisper: | Woensdag, mei 20, 2015 07:47 |
aan grijpend Wil lieve groet Cobie dank dat ik je lezen mag |
|
Auteur: wil melker | ||
Gecontroleerd door: wil melker | ||
Gepubliceerd op: 20 mei 2015 | ||
Thema's: |