Het lichaam koud en stijf
handen gevouwen op de borst
bijeen gevlochten met een rozenkrans
om haar hals een gekleurde sjaal
Gesloten ogen kijken
de voorbijganger aan
hij weet niet meer de kleur, groet
met de hand rustend op de rand
Ook hier heerst de wet
van verlies en behoud van energie
Hij laat de gedachten aan haar los
vereent en zij begint haar reis