Onze hoge bomen, vingen teveel wind’
En hoe sterk mijn stam was, hoe groen mijn blad
Mijn bast was verkoold
En mijn takken geknakt
En citerend wil ik hier mee zeggen
Dat ik het aanmeren missen zou
De warme armen en de woorden
De haven voelde zo vertrouwd
Maar ik heb het karakter voor de zee
Het varen bovendien
Ik wil nog duizend keer falen
Alles zien
mogen de maan en de zon schijnen
waar zij helder zijn
mag ik ze dan met jouw associeren
wanneer ik naar de lucht kijk
bedankt dat je mee ging varen
geen golven als voorheen
het was beter als we samen waren
met jou, was niet alleen.