Het lichaam vertelt het verhaal
van de woorden die ooit werden gezegd
de taal van de zinloze haat
de verwrongen macht die jou zo lang teisterde
Je hart dat overslaat in snelle galop
je schouderbladen die vol spanning staan
alles dat je zo met je draagt
in een koffer vol angst
Dat lichaam, het spreekt zonder woorden
rechtop staat het tegen de storm
het wil de geest niet laten liggen
als opgehoopt gebladerte in de berm
Doorgaan, niet wegkruipen in de stilte
het is het antwoord dat telt
voor hen die zich onbegrepen voelen
de gelukzoekers in de grijze ochtend
Waarover de meningen klaarliggen
als de moraal van ingevroren waarheden
mensen zijn geen diepvrieskippen
geef hen warmte, geef hen licht