Mijn oog rust op de ribstof van jouw broek
De ribbel weggesleten, de stof dun op de draad
Sleetse matrassen zuchtend onder een dik pak wollen dekens zonder lakendoek
De jaren van leven en overleven trokken hun sporen op ons beider gelaat
Elke rimpel en elke oneffenheid vertelt een verhaal
Is een stille getuige van het verleden
Onveranderd blauwe spiegels van de ziel waarin ik verdwaal
Nog net zo mooi als vele jaren geleden
Vergankelijkheid is overal om ons heen
Het slijten der dingen waardoor zij veranderen van aanzicht
Noch jij noch ik zijn daarin alleen
Ik zie hoe wij door de sporen van het leven worden verlicht