Pijl en hart gesneden in de bast
daar doorheen de letters onbeholpen
groot “UIT” en nog wat initialen
De boom ruist met zijn bladeren
draagt de namen van een toekomst
eens doorvoeld en voorspeld
Het bos maakt geen bezwaren, het is
winter en in de koude nacht dansen
de dryaden in mist en sneeuw gehuld
In hen passen de waanzin van
onvoltooide daden en sterrenbeelden
met tekens van ram en leeuw gevuld