Ik zag je voor de eerste keer
je was voor mij de perfecte vrouw
waar ik zoveel van heb geleerd
en zoveel van houd
Je was sociaal
iedereen ziet je graag
je spreekt met iedereen de juiste taal
jou zijn, heb ik elke dag gevraagd
Toch begreep je er niet veel van
boos was je op wat ik zei
jou worden was mijn enig plan
maar daarin was ik niet vrij
Ik kon enkel naar je opkijken
je bewonderen van wie je was
ik kon je niet ontwijken
ook al zat ik gespannen in de klas
In de pauze kwam ik naar je toe
gezellig met je praten
jou werd ik nooit moe
ik keek naar je op, zou je nooit haten
(waargebeurd, keken naar een opvoedster uit school vroeger)