Ik ben maar gewoon een mens.
Ik sta op en val.
Ik leek een koning voor jou.
Een blinde bovenal.
Jij vertelt mij nu:
'ik heb een ander','het tijd
zal zijn dat ik mijn horizon
verander'.
Ik ben maar gewoon een mens.
Ik heb geleerd alles gaat voorbij.
Ik vond nimmer de pauze méér geschikt
voor mij. Tot ik de tijd vond die mij
beval; dat erna jou geen ander wezen zal.
Ik ben maar gewoon een mens .
Ik denk begeerlijk. Ik stel mij voor
oprecht te zijn. Maar ben ik ook eerlijk?
Jij leek de vrouw die mij kon wijzen.
Geef mij nog een kans mij aan jou te bewijzen.
Jij bent niet zomaar die vrouw.
Jij zegt mij meer. Zonder jou ben ik
niemand meer. Ben ik maar gewoon een mens.
Ik sta op en val. Tot ik de tijd vind,
dat ik meer mens zal zijn bovenal.
Een mens met wensen. Een mens met dromen.
Een mens met teleurstellingen om wat niet
uit zal komen. Een mens die is, en niet méér
hoeft te zijn. Een mens die zo mooi is,
als die klein kan zijn.