Ik weet van het hartenleed,
De venijnige kwaal.
Het hart heeft haar eigen taal,
En die taal slaat alles!
En het hart vertelt,
Wat haar kwelt.
Met stille slagen,
Alle dagen weer!
Maar het hart kent ook de liefde,
Zij leeft voor de geliefden.
Want het hart is groots,
En elke hartslag is als een loods.
Elke hartslag klopt vol liefde,
Elke hartslag brengt je vreugde,
Want het hart is vol met leven,
En springt op vol vreugde,
Bij de gedachte aan liefde.
Denk daarom aan de liefde zelf,
Want zij opent het hemel gewelf,
En de goden kijken toe,
Op wat men in liefde doet!