Zonder liefde wil ik niet leven.
Als het leven de rozen niet plukken
kan die opvallen in het onbeperkte
veld. Wanneer ik als mens geen
mens meer kan wezen, omdat het leven
voor mij dit soort rozen nog niet
heeft besteld.
Zonder liefde pluk ik slechts een
dag waarop ik slechts het gemis in
frustratie kan plukken. Gok ik met
iets van een wrange lach, dat eens
een klein geluk in het vrije veld
voor mij zal groeien.
Zonder liefde blijft mij nog slechts
het doel om vanaf nu te plukken van
al dat schone, dat overeenkomend met
mijn dromen bij mij het aroma opwekt
met voor mij dat fijne gevoel.