die geen sporen nalaat, de regels tussen het
wit niet met letters vult, het rangeerterrein
niet halogeen verlicht, geen richting aan chaos
toedicht, het ijzer niet laat glimmen, die taal
in brieven verstopt, treinen in hun spoorwegen,
reizigers in aankomst en water aan vissen voert,
die dag cijfert zich weg, zonder omhaal, wisselt
het heden voor het moment dat gisteren stierf